Opgravingshuis (Stöffel-Park): Unterschied zwischen den Versionen

Aus QR-KULTUR
Wechseln zu: Navigation, Suche
Zeile 24: Zeile 24:
 
|-
 
|-
 
|}
 
|}
==<span style="white-space:nowrap">Profondément sous </span> le basalte un monde caché !</span>==
+
==<span style="white-space:nowrap">Diep onder het </span> basalt een verborgen wereld!</span>==
Dès la seconde moitié du XIXe siècle, les premiers fossiles furent découverts dans la « houille à feuilles » du Stöffel près d'Enspel. Cependant, ces découvertes tombèrent rapidement dans l’oubli. Ce n’est que dans les années 1980 que des écoliers locaux retrouvèrent par hasard ce site fossilifère.
+
Al in de tweede helft van de 19e eeuw werden de eerste fossielen ontdekt in de "bladerenkool" bij de Stöffel, nabij Enspel. Echter, deze vondsten raakten al snel in de vergetelheid. Pas in de jaren 1980 stuitten plaatselijke schoolkinderen toevallig opnieuw op de fossiele vindplaats.<br>
L’extraction commerciale du basalte au Stöffel permit alors d’accéder à ce site, offrant une occasion exceptionnelle de « plonger » dans un écosystème vieux d’environ 25 millions d’années, datant de l’Oligocène supérieur, une période de l’ère tertiaire.<br>
 
 
<br>
 
<br>
Les fossiles ont été préservés dans les dépôts de schiste bitumineux d’un ancien lac de cratère. Ces lacs volcaniques, comme les maars de l’Eifel, sont des éléments marquants du paysage et sont également appelés les « yeux de l’Eifel ». Il y a déjà 25 millions d’années, ces lacs étaient remplis d’eau et constituaient d’excellentes « pièges à fossiles ». Les organismes morts du lac et de ses environs tombaient au fond et y étaient exceptionnellement bien conservés. Cela s’explique par le fait que ces lacs relativement petits, profonds et fermés avaient très peu de courants. De plus, un sédiment de fond pauvre en oxygène se formait souvent, ralentissant ainsi la décomposition des organismes.<br>
+
De commerciële winning van basalt hier maakte deze vindplaats opnieuw toegankelijk. Dit bood een buitengewone kans om te "duiken" in een ecosysteem van ongeveer 25 miljoen jaar geleden, uit het Boven-Oligoceen, een periode van het Tertiair.<br>
 
<br>
 
<br>
Après environ 220 000 ans d’existence, le lac fut soudainement détruit par une éruption volcanique. La grande quantité de magma expulsée ensevelit les dépôts sous une couche de basalte pouvant atteindre 100 mètres d’épaisseur. Cette protection naturelle a préservé les fossiles de l’érosion et des intempéries jusqu’à aujourd’hui.<br>
+
De fossielen bleven bewaard in de olieschalie-afzettingen van een voormalige kratermeer. Dergelijke vulkanische meren, zoals de maars in de Eifel, zijn opvallende landschapselementen en worden daar ook wel de "ogen van de Eifel" genoemd. Al 25 miljoen jaar geleden waren deze meren met water gevuld en vormden ze ideale "fossielenvallen". Dode organismen uit het meer en zijn omgeving zonken naar de bodem en bleven daar uitzonderlijk goed bewaard. Dit komt doordat deze relatief kleine, diepe en afgesloten meren nauwelijks stromingen hadden. Bovendien ontstond er vaak zuurstofarm slib op de bodem, wat het ontbindingsproces van de organismen vertraagde.<br>
 
<br>
 
<br>
De 1990 à 2015, des scientifiques ont mené des fouilles régulières sur le site de fouilles du Stöffel afin d’étudier avec précision l’écosystème de l’époque et les interactions entre les plantes, les animaux et leur environnement.<br>
+
Na ongeveer 220.000 jaar van bestaan werd het meer abrupt vernietigd door een vulkaanuitbarsting. De grote hoeveelheid magma die daarbij vrijkwam, bedekte de afzettingen onder een tot 100 meter dikke basaltlaag. Deze natuurlijke bescherming heeft de fossielen tot op de dag van vandaag tegen verwering en erosie beschermd.<br>
 
<br>
 
<br>
Lors des fouilles, le schiste bitumineux a été soigneusement retiré couche par couche, fendu avec des couteaux, et chaque découverte, même la plus petite, a été minutieusement documentée. Les spécimens les plus importants ont été transportés dans des seaux d’eau jusqu’au laboratoire, où ils ont été préparés et conservés de manière professionnelle.<br>
+
Van 1990 tot 2015 voerden wetenschappers hier bij het opgravingshuis in Stöffel regelmatige opgravingen uit om het toenmalige ecosysteem en de interacties tussen planten, dieren en hun omgeving zo nauwkeurig mogelijk te onderzoeken.<br>
 
<br>
 
<br>
Les fossiles de grande taille ont été extraits du sédiment à l’aide de scies à roche et de burins, puis transportés sous forme de blocs. Aujourd’hui, certains d’entre eux, comme le cormoran visible sur la photo adjacente, peuvent être admirés au musée TERTIÄRUM du parc Stöffel.<br>
+
Bij de opgravingen werd de olieschalie laag voor laag afgegraven, voorzichtig met messen gespleten en elke vondst, zelfs de kleinste, zorgvuldig gedocumenteerd. Belangrijke stukken werden in emmers water naar het laboratorium gebracht, waar ze vakkundig werden geprepareerd en geconserveerd.
 +
Grotere fossielen werden met steen-zagen en beitels uit het sediment losgemaakt en in blokken vervoerd. Vandaag de dag zijn sommige daarvan, zoals de aalscholver die op de naaststaande foto te zien is, te bewonderen in het museum TERTIÄRUM in het Stöffel-Park.<br>
 
<br>
 
<br>
Une grande partie de la carrière sera submergée une fois l’exploitation terminée, garantissant ainsi la préservation à long terme du schiste bitumineux fossilifère. Peut-être que les générations futures de chercheurs, grâce à de nouvelles méthodes d’analyse, pourront encore faire des découvertes passionnantes sur le site fossilifère du Stöffel.  
+
Een groot deel van het steengroevegebied zal na voltooiing van de werkzaamheden onder water komen te staan. Hierdoor blijft de fossielhoudende olieschalie op lange termijn behouden. Mogelijk kunnen toekomstige generaties onderzoekers met nieuwe analysemethoden nog meer spannende inzichten verkrijgen over de fossiele vindplaats bij de Stöffel.
 
 
  
 
[[Kategorie: GeoStation im GEOPARK Westerwald-Lahn-Taunus]]
 
[[Kategorie: GeoStation im GEOPARK Westerwald-Lahn-Taunus]]

Version vom 24. April 2025, 17:05 Uhr



Opgravingshuis (Stöffel-Park)
Geostation bij de
GeoRoute
Tertiär - Industrie - Erlebins Stöffel-Route
Die Karte wird geladen …
bruikbare QR-Codes
directe QR-Code: www.qltr.de/qrka0200

Diep onder het basalt – een verborgen wereld!

Al in de tweede helft van de 19e eeuw werden de eerste fossielen ontdekt in de "bladerenkool" bij de Stöffel, nabij Enspel. Echter, deze vondsten raakten al snel in de vergetelheid. Pas in de jaren 1980 stuitten plaatselijke schoolkinderen toevallig opnieuw op de fossiele vindplaats.

De commerciële winning van basalt hier maakte deze vindplaats opnieuw toegankelijk. Dit bood een buitengewone kans om te "duiken" in een ecosysteem van ongeveer 25 miljoen jaar geleden, uit het Boven-Oligoceen, een periode van het Tertiair.

De fossielen bleven bewaard in de olieschalie-afzettingen van een voormalige kratermeer. Dergelijke vulkanische meren, zoals de maars in de Eifel, zijn opvallende landschapselementen en worden daar ook wel de "ogen van de Eifel" genoemd. Al 25 miljoen jaar geleden waren deze meren met water gevuld en vormden ze ideale "fossielenvallen". Dode organismen uit het meer en zijn omgeving zonken naar de bodem en bleven daar uitzonderlijk goed bewaard. Dit komt doordat deze relatief kleine, diepe en afgesloten meren nauwelijks stromingen hadden. Bovendien ontstond er vaak zuurstofarm slib op de bodem, wat het ontbindingsproces van de organismen vertraagde.

Na ongeveer 220.000 jaar van bestaan werd het meer abrupt vernietigd door een vulkaanuitbarsting. De grote hoeveelheid magma die daarbij vrijkwam, bedekte de afzettingen onder een tot 100 meter dikke basaltlaag. Deze natuurlijke bescherming heeft de fossielen tot op de dag van vandaag tegen verwering en erosie beschermd.

Van 1990 tot 2015 voerden wetenschappers hier bij het opgravingshuis in Stöffel regelmatige opgravingen uit om het toenmalige ecosysteem en de interacties tussen planten, dieren en hun omgeving zo nauwkeurig mogelijk te onderzoeken.

Bij de opgravingen werd de olieschalie laag voor laag afgegraven, voorzichtig met messen gespleten en elke vondst, zelfs de kleinste, zorgvuldig gedocumenteerd. Belangrijke stukken werden in emmers water naar het laboratorium gebracht, waar ze vakkundig werden geprepareerd en geconserveerd. Grotere fossielen werden met steen-zagen en beitels uit het sediment losgemaakt en in blokken vervoerd. Vandaag de dag zijn sommige daarvan, zoals de aalscholver die op de naaststaande foto te zien is, te bewonderen in het museum TERTIÄRUM in het Stöffel-Park.

Een groot deel van het steengroevegebied zal na voltooiing van de werkzaamheden onder water komen te staan. Hierdoor blijft de fossielhoudende olieschalie op lange termijn behouden. Mogelijk kunnen toekomstige generaties onderzoekers met nieuwe analysemethoden nog meer spannende inzichten verkrijgen over de fossiele vindplaats bij de Stöffel.